Onderzoeker: racisme duwt medewerkers de ouderenzorg uit
Sommige zorgmedewerkers zeggen hun vaste baan op wegens racisme, stelt onderzoeker Saskia Duijs, maar die reden is onderbelicht. „Racisme wordt niet altijd erkend, of zelfs ontkend, door witte leidinggevenden.”
Hoge werkdruk, bureaucratie, lage lonen: het zijn bekende redenen waarom steeds meer zorgmedewerkers als zzp’er aan de slag gaan. Maar de onzichtbare werkelijkheid is er een van racisme en discriminatie, door collega’s, managers én patiënten. Dat is volgens Saskia Duijs, promovenda aan Amsterdam UMC, een van de belangrijkste uitkomsten van haar onderzoek naar het welzijn van laagbetaalde zorgprofessionals in de ouderenzorg die hebben gekozen voor het zzp-schap.
Duijs, werkzaam op de afdeling ethiek, recht en humaniora van het Amsterdam UMC, begon vier jaar geleden haar onderzoek met het idee dat deze zorgmedewerkers, voornamelijk vrouwen, enorm onder druk staan als het om hun gezondheid en financiële situatie gaat. Uit de 153 gesprekken die Duijs voerde met zorgprofessionals bleek inderdaad dat veel zzp’ers in de ouderenzorg, vaak verzorgende of helpende, zich een slag in de rondte werken om rond te komen.
De vraag waarom ze voor het zzp-schap hadden gekozen werd vaak beantwoord met de geijkte redenen: hoge werkdruk, bureaucratie en een laag salaris. Toen Duijs tijdens een van de interviews de term ‘racisme’ hoorde, brak een nieuw inzicht door. Vanaf dat moment werd dat een thema om op door te vragen tijdens de interviews die nog volgden.
Wat bleek? Racisme is een belangrijke reden om een zorgorganisatie te verlaten, constateert Duijs. 100 procent van de zorgmedewerkers van kleur bij wie het onderwerp ter sprake werd gebracht, maakten duidelijk dat racisme een of soms zelfs de belangrijkste reden was om zzp’er te worden.